Regio Limburg

Frisian Flag en de parels in Noord-Nederland. – Regio Limburg

Vrijdagmiddag 6 oktober kon de regio Limburg van de start en landing van de Frisian Flag deelnemers genieten.

Foto: Chris Zielemans

De aftrap was voor de drie Eurofighters (31+34 31+52 31+53) van onze directe Nörvenich buren gevolgd door F35a’s (5493 en 5614) van het USAF – 493 Fighter Squadron uit Lakenheath (GB). Na nog ‘n Eurofighter (31+33) volgde de Sky-Line Learjet 36A met twee NATO Joint Electronic Warfare Core Staff (NATO JEWCS) pods onder de vleugels. Finse McDonnell Douglas F/A 18c Hornet’s (HN404 en HN422) volgden. Daarna kwam de klapper van een grote groep Nederlandse Lockheed Martin F35a’s (313 en 322 sqn) die, zelfs zonder naverbrander, hun groot accelererend vermogen lieten zien.
De F031 van 313 sqn vloog met een 70 jaar jubileumbeschildering op de staartvlakken. 1-12-1953 Werd het squadron op Volkel opgericht en op de staart waren symbolisch de gebruikte vliegtuigen T33 – F84E – F84F – NF-5A – F-16A en F35 te zien. Ook de F014 van 322 sqn vloog met een bijzondere staartbeschildering. Hier handelt het zich om het 80 – jarig bestaan van het squadron. Ze ontstond als 322 Dutch squadron en vloog operationeel vanaf 27 december 1943 met Spitfires vanaf Hawkinge bij Dover. Tenslotte zorgde een Eurofighter (31+27) tweezitter en twee Belgische Falcons (FA132 en FA56) voor de afsluiting. Een half uurtje nadat de laatste machine was vertrokken kwamen de twee Hornets en de tweezitter 31+27 als eerste weer binnen.

Na dit geweldig evenement bleven we in de regio overnachten en maakten we van onze aanwezigheid gebruik om ook kleine pareltjes, waarvoor een afzonderlijke rit te duur is, te bezoeken. We vertrokken in de vroege ochtend naar Hoogeveen.

Foto: Piet Keijers

Dennis Meinders van Egmond Vintage Wings liet ons de keurig buiten in het gras opgestelde rijke collectie historische vliegtuigen zien. We zagen een Auster MK.1 (AAC), een Fairchild PT-26 (RCAF) en een Klemm 35D. Verder waren er twee Piper L4 van de USAAF waarvan er een tijdens D-DAY op het Normandische strand had gestaan. Verder werden we door een Cessna 172, een Beech 23, een Stinson L5 en een Piaggio P149D (Luftwaffe) verrast. Aan een Auster J1 en een Bellance Cruisemaster werd volop gewerkt. Samen met zijn collega bespraken ze elk toestel in detail. De gehele techniek, de algemene historie en het gebruik van elk vliegtuig kwam uitgebreid aan bod. Niets was te veel en op elke vraag kregen we een deskundige uitleg.

Foto: Piet Keijers

Niet lang nadien stonden we in de hangaar van de Dutch Nostalgic Wings en waren overdonderd door hun prachtige Pietenpol B-4A AirCamper. De ouders van Pietenpol kwamen uit de Achterhoek en hij bouwde zijn eerste AirCamper voorzien van een A-Ford motor in 1929. Douwe van der Werff bouwde van 2001 tot 2018 aan dit exemplaar en voorzag het van een Tsjechische Walter Mikron-motor.
We bespraken de toch fragiele motorophanging en hoorden dat de certificering, waar de buren van Egmond Vintage Wings uiteindelijk de redding brachten, bijzonder moeizaam was verlopen.
Aan een tweede exemplaar, die wel met een A-Ford motor wordt uitgerust, werd in een ander deel van de hangaar volop gebouwd. Tijdens de bouw is het kunnen beschikken over sublieme houtbewerkingsvaardigheden cruciaal om tot een goed resultaat te kunnen komen. Met het toestelletje kan probleemloos vier uur achter elkaar worden gevlogen. Dat is spartaans en dus geen lolletje maar Iedere week probeert men minstens een half uurtje met de historische nabouw te vliegen.
Na een korte pauze in de brasserie de Basis vertrokken we naar Barneveld.
Secretaris Peter van Diermen met oud helikoptermonteurs Ruud, Alfred, Eddie en Tiny verwelkomden ons voor de ingang van het museum. Het museum begon met een groep radiografisch vliegende luchtvaartenthousiastelingen. Een van hen, Peter van Diermen, heeft een vriend die het onverteerbaar vond dat van de 77 Alouette III’s er tenslotte geen enkele meer in Nederland te vinden zou zijn. Ze besteedden twee jaar om de geschiedenis en toenmalig verblijf van de toestellen te achterhalen. In 2018 zouden de laatste vier, de blauw gespoten toestellen, aan Malta worden verkocht. Van twee, de 301 en de 275, ging de verkoop niet door. De aankoop was de start van het museum waar al snel een stichting boven werd gezet.

Foto: Piet Keijers

Eind 2018 stond de derde, de Grashopper 453 die in Zwitserland een harde neuslanding had gemaakt, op de stoep. Het wrak had er jarenlang in de buitenlucht gestaan en de stichting had het voor schrootprijs kunnen aankopen en uiteindelijk volledig kunnen restaureren. Aangezien men de blauwe 275 aan Zuid – Afrika heeft moeten verkopen beschikte men bij de museumopening over twee toestellen, de 301 en de 453.
Bij die opening waren alle nog levende squadronleden van het eerste uur (’64) uitgenodigd wat het geheel tot een emotioneel event maakte. Men zocht verdere uitbreiding. In Zweden stonden 7 Nederlandse Alouette’s bij een failliet bedrijf. Ze hadden 23 jaar buitengestaan. De ramen waren kapot, staarten lagen eraf en de rompen lagen vol met rottende en al vergane bladeren. De directeur vond dat de toestellen in principe naar Nederland mochten gaan (Zweden heeft nooit Alouette’s in gebruik gehad) maar het duurde uiteindelijk twee jaar voordat er een deal was. Vijf gingen naar Nederland, twee bleven in Zweden en de stichting ging de benodigde onderdelen leveren zodat ook die aldaar gerestaureerd konden worden. Zo kwamen ze in het bezit van o.a. de 208, de eerste uit de zevenzeventig die in ’64 gebruik werd genomen. Aldus is het museum nu in bezit van de eerste en de laatste van alle Nederlandse Alouette III’s. Een toestel, de 495, was te slecht en delen werden gebruikt voor het maken van een poortwachter voor de voormalige vliegbasis Deelen.
De 208 werd als eerste “Zweedse AL III” gerestaureerd waarna men over drie toestellen beschikte. Vervolgens kwam de 305 (Grashopper), die lang in een grot had gestaan, in restauratie. Vervolgens kreeg de 500 een geheel nieuwe achterwand en kon ook deze als gerestaureerd worden bijgeschreven maar moest wegens plaatsgebrek in opslag. Van de Zweedse serie is de 494 nog in restauratie.

Een andere, de 390 (Grashopper) heeft lang in Italië gevlogen, is aan ‘n werkplaatschef gedoneerd, en werd vervolgens aan Roemenië verkocht om als leerdock te dienen. Ook deze is aangekocht en volledig gerestaureerd.
Vijftig jaar geleden vormden op Deelen een groep enthousiaste piloten een helikopter stuntteam, de Grashoppers. Dit jaar is dit gevierd door vier Grashoppers, drie van het Alouette museum en een van het NMM (465) bij elkaar te brengen.

Los daarvan kreeg Peter in 2011 de vraag om iets geks te doen. Het opzetten van een demo radiografisch Grashopperteam met 3 meter modellen voorzien van ‘n echte turbine. 6 Grashoppers zijn gebouwd, twee doorverkocht en vanaf 2013 vliegen er vier als internationaal Grashopperdemoteam. Vooral in Oostenrijk boeken ze veel succes.

Woorden schieten tekort om het vakmanschap en toewijding van deze vrijwilligers te kunnen beschrijven. Overal viel de fantastische staat waarin de toestellen verkeren ons op. Allen, Egmond Vintage Wings – Dutch Nostalgic Wings – Stichting Aluoette III dank voor de geweldige ontvangst en het feit dat jullie ons patrimonium in stand houden.

Tekst Chris Zielemans

Geef een reactie